In deze podcast deel ik een lijstje met woorden die Nederlanders gebruiken om kinderen in verschillende fases van hun leven te benoemen. We beginnen bij 'pasgeboren baby' en gaan door naar 'baby', 'zuigeling', 'dreumes', 'peuter', 'kleuter', 'schoolkind', 'tiener', 'puber', 'volwassene', 'een persoon van middelbare leeftijd', 'bejaarde' en 'hoogbejaarde'.
Mijn dreumes is sinds zondag een peuter! omg!
Dit lijstje komt uit de online Academy die onderdeel is van (part of) mijn Dutch for Moms (Parents) programma.
In dit programma werken we 3 maanden samen om meer Nederlands te gaan spreken op de school van je kind.
Maak play dates in het Nederlands, spreek Nederlands met de juf en met de vriendjes van je kind en begrijp eindelijk hoe het schoolsysteem werkt.
Kom samen met een groep fantastische anders internationale ouders in Nederland, maak nieuwe vrienden en voel je meer thuis 🧡
Do you need more words AND confidence to speak Dutch at school? Join us now for your 3 month boost!