Podric logo
Podcast aflevering

Opinie | De tussen-tussenpaus

Jaap Jansen | BNR 14 apr. '22
00:00
02:56

Show notes

Zelden heeft een politiek leider een partij zo in verwarring gebracht als Liliane Ploumen de PvdA. 'Ik vind dat ik het niet goed genoeg kan waarmaken. En daarom treed ik terug'. Met die woorden laat ze haar partij verweesd achter.

Natuurlijk: uit alle monden van PvdA-politici, en in alle appgroepen van het partijkader, klinkt respect voor Ploumen. En het is inderdaad bijzonder als een Haags politicus de conclusie trekt dat het niet meer gaat en dan zelf besluit dat het beter is om te vertrekken.

Maar toch: er is meer aan de hand bij de PvdA dan een recordpoging om je zo on-Haags als mogelijk te gedragen. Want respect of niet: de timing van Ploumen komt slecht uit. Binnen de partijtop, hoor ik, dat dat respect hand in hand gaat met irritatie.

Tussenpaus

Ploumen was een tussenpaus. Twee maanden voor de verkiezingen van vorig jaar was ze tot leider-uit-nood gebombardeerd na het zelfgekozen vertrek van Lodewijk Asscher. Asscher was destijds woest op zijn eigen partij, omdat er onder de leden een motie van wantrouwen rondging vanwege zijn rol in de toeslagenaffaire.

Na zijn vertrek, verwachtte de partij van Ploumen niets meer, maar ook niets minder, dan rustig op de winkel passen. Tot de echte opvolger van Asscher op het schild gehesen kon worden voor de verkiezingen van 2025. Nu zijn de sociaaldemocraten overvallen en nog lang niet zo ver om die nieuwe leider aan te wijzen.

Voor de personen wiens namen rondgaan als Asschers’ erfgenaam, komt Ploumens vertrek minstens twee jaar te vroeg. Zo staat Marjolein Moorman op het punt haar tweede termijn als wethouder in Amsterdam te beginnen. Zij zou op zijn vroegst in een volgend kabinet kunnen indraaien als minister. Zoals Asscher dat deed in 2012.

En ook Frans Timmermans zit voorlopig nog bij de Europese Commissie. Hij zou pas aan het eind van zijn termijn, in 2024, naar Den Haag kunnen overstappen.

De erfenis van Ploumen is een half afgemaakte poging om met GroenLinks te fuseren. Hoe het verder moet met de linkse samenwerking is voor de sociaaldemocraten het belangrijkste dilemma in decennia.

Totdat de strategische vraag is beantwoord, is het zinloos om over de inhoudelijke koers of over nieuwe leiders te spreken. In juni staat er weer een partijcongres op de rol. GroenLinks had het belangrijkste gespreksonderwerp moeten zijn. Ploumen wilde niet tot dat congres wachten.

De grote vraag die blijft hangen is waarom Ploumen geen andere mogelijkheid zag dan aftreden? 'Leidend in alles', noemt ze het in haar afscheidsbrief. Dat was haar lat. En dat klinkt als wel heel streng voor zichzelf. Waarom zou de baas eigenlijk de beste moeten zijn?

Het is toch niet gek om naast een chef bedrijfsvoering een team te hebben voor de creativiteit. Dus: had al die huidige en oude leiders bij elkaar gezet. Van Samsom en Asscher tot Moorman en Timmermans. En maak wat ruimte aan tafel voor GroenLinksers als Jesse Klaver, Femke Halsema, Rutger Groot-Wassink en desnoods Paul Rosenmöller. Dat was pas on-Haags geweest.

Ploumen heeft die weg niet gekozen. Het had waarschijnlijk ook niet gewerkt. Te groot is de kinnesinne tussen de partijgenoten om elkaar collegiaal door een moeilijke periode te helpen. Daarover gesproken:

Ook bij de PvdA is het tijd voor een nieuwe bestuurscultuur.

Deze column is geschreven door Laurens Boven in plaats van Jaap Jansen.

See omnystudio.com/listener for privacy information.

Lees meer